Daling van varkensstapel in Nederland en nieuwe focus op regenwateropvang in de sector

Regionieuws

Historisch lage varkensstapel sinds 45 jaar

Voor het eerst in bijna een halve eeuw is het aantal gehouden varkens in Nederland gedaald tot onder de 10 miljoen. Volgens voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) telde Nederland in 2025 nog slechts 9,96 miljoen varkens, een afname van 5,1% ten opzichte van het jaar ervoor. Dit is het laagste niveau sinds 1979.

De krimp in de sector is ook zichtbaar in het aantal varkenshouderijen. In april 2025 waren er nog 1.900 bedrijven actief, 7,1% minder dan een jaar eerder. Vooral kleinschalige bedrijven met minder dan 500 dieren verdwenen in hoog tempo: hun aantal daalde met 10,9%. Ook middelgrote bedrijven met 2.000 tot 5.000 varkens krompen met 10,4%.

Snelle afname van het aantal bedrijven sinds 2015

De sector bevindt zich al jaren in een neerwaartse trend. Sinds 2015 is het aantal varkensbedrijven met maar liefst 45,9% afgenomen. Zo is het aantal kleinschalige houderijen gezakt van 571 naar 179 – een daling van bijna tweederde. Ook het segment van middelgrote bedrijven halveerde: van 1.142 naar 571 locaties.

Volgens het CBS is deze ontwikkeling grotendeels toe te schrijven aan overheidsmaatregelen zoals vrijwillige beëindigingsregelingen, die aantrekkelijk zijn gebleken voor ondernemers die hun activiteiten wilden stoppen.

Grootschalige bedrijven blijven overeind

Ondanks de afname van het aantal bedrijven is het gemiddelde aantal varkens per bedrijf flink gestegen. In 2025 bedroeg dit gemiddeld 5.000 dieren per locatie, wat neerkomt op een stijging van 50% ten opzichte van tien jaar geleden en 2,4% meer dan vorig jaar. De grootste bedrijven met meer dan 5.000 dieren blijven qua aantallen relatief stabiel, wat erop wijst dat schaalvergroting een belangrijke trend is in de sector.

Regenwateropvang als oplossing voor waterdruk

Naast de krimp in de veestapel krijgt ook duurzaam waterbeheer steeds meer aandacht binnen de varkenshouderij. Vooral in droge zomers kan regenwateropvang bijdragen aan de waterzekerheid van bedrijven. Drinkwatergebruik is verantwoordelijk voor meer dan 90% van het waterverbruik op een varkenshouderij, gevolgd door het reinigen van stallen en het koelen van gebouwen.

Hoewel het economische voordeel van regenwateropvang nog niet volledig is aangetoond, groeit de belangstelling vanwege stijgende waterprijzen. In sommige gevallen kan het opgevangen regenwater al tot 100% van de jaarlijkse reinigingsbehoefte dekken.

Drie fasen in regenwateropvang

1. Opslagcapaciteit kiezen
De eerste stap is het bepalen van een geschikte opslagmethode. Er bestaan diverse soorten opslagtanks met elk hun voor- en nadelen. De flexibele waterzak is populair vanwege de eenvoudige plaatsing en aantrekkelijke prijs. Betonnen en polypropyleen tanks zijn duurzamer, maar beperken vaak de capaciteit.

2. Filtratie van het water
Voor bruikbaar water zijn meerdere filtratiefasen vereist. De eerste stap verwijdert grof vuil zoals bladeren en stof. Vervolgens filtert een fijner systeem (100–300 µm) pollen en zanddeeltjes. Eventueel wordt dit gecombineerd met een actiefkoolfilter om vervuilende stoffen en oplosmiddelen af te vangen.

3. Behandeling tegen micro-organismen
Om het water geschikt te maken voor diergebruik, is desinfectie cruciaal. UV-lampen zijn een gangbare en betaalbare oplossing om bacteriën en virussen direct te doden. Deze methode kent echter geen langdurige werking. Als alternatief wordt elektrolyse gebruikt: via toevoeging van zout en elektrische stroom wordt natuurlijk chloor gegenereerd dat het water ontsmet.

Vooruitblik

De Nederlandse varkenshouderij staat op een kruispunt. Terwijl het aantal bedrijven afneemt en schaalvergroting doorzet, worden tegelijkertijd stappen gezet richting duurzamer watergebruik. Beide trends onderstrepen de ingrijpende veranderingen die de sector ondergaat in reactie op economische, ecologische en maatschappelijke druk.